Groter dan ons hart

Pieter Raaijmakers

2 November 2020

Mensen uit één stuk. Allerheiligen 2020

Mt. 5, 1-12a 

Vandaag is het feest van alle heiligen, een dag waarop alle heiligen van de kerkgeschiedenis herdacht en geëerd worden. En het is een goeie zet van de kerk om tot heiligverklaring over te gaan, want aan de hand van de geschiedenissen van de heiligen, blijft het gezicht van Christus ook zichtbaar in concrete mensen. Vroeger dacht ik dat heiligen geen echte mensen waren, maar een soort übermensch, een soort geest, met zo’n lichtkrans om het hoofd. Heilig was iemand op grote afstand, iemand zonder één enkel foutje. Totaal onbereikbaar voor wie dan ook. Inmiddels zijn de heiligen toch wat dichterbij gekomen en weet ik dat het gewone mensen zijn die op één of andere manier uitblonken, in hun manier van leven vanuit het geloof. Niet helemaal uit te sluiten valt overigens dat er heiligen in de kerkelijke boeken opgenomen zijn, die daar niet echt thuishoren. Er zijn in de kerkgeschiedenis tenminste tijden geweest dat mensen nogal gemakkelijk heilig verklaard werden om het één of ander. Maar goed, waar het om gaat is dat het leven van de Kerk wel degelijk een lange stoet hele grote mensen heeft voortgebracht. Inmiddels zijn er duizenden heiligen waarvan wij er maar een paar kennen. Mensen die ècht, en soms letterlijk, hun leven gegeven hebben voor God en mens en daarom terecht heilig verklaard zijn. Naast de heiligen die door de Kerk als zodanig herkend zijn, die ons voorgehouden worden als levende voorbeelden, zijn er natuurlijk nog miljoenen heiligen meer. Mensen die misschien niet genoeg zijn opgevallen bij leiding van de kerk, maar die wel degelijk heilig zijn bij God.  

We hebben zojuist een lezing gehoord uit de Apokalyps, ofwel het boek van de Openbaring. Als je dat Bijbelboek zo gauw even leest kan het wat zwaar op de maag liggen. De meest vreemde visioenen en beelden van rampen en ellende lijken ons te zullen overkomen, als gevolg van goddeloosheid. Sommige christelijke bewegingen nemen dat allemaal heel letterlijk en voorspellen er het einde van de wereld mee. De momentele corona-crisis past ook mooi in dat beeld natuurlijk. Maar, zo zegt Jezus, “Het komt u niet toe om dag en uur te weten”, dus houdt ik mij niet bezig met dat soort voorspellingen. Bij een wat betere bestudering van het boek Openbaring, blijkt trouwens ook dat de nadruk niet ligt op de bedreigingen, maar op de oproep om te kiezen voor een leven met Christus. Maar wel een serieuze oproep; niet in de zin, van “ach zie maar wanneer je een keer tijd hebt”. Wat dit aangaat, heb ik het gevoel dat het er behoorlijk spant in onze tijd. Want willen wij ons nog wel openlijk een volgeling van Christus noemen. Willen wij er nog voor uit komen dat we bij Hem horen, -in een wereld die Hem niet kent-, zoals de tweede lezing zegt? Zullen wij het uithouden  om beschimpt te worden terwijl we Zijn Naam hoog proberen te houden? Durven wij in deze tijd nog zonder te lachen uit te spreken dat we heilig zouden willen worden? Want woorden als “heilig en zonde”, dat lijken wel besmette woorden te zijn, ook onder veel katholieken. Van “zonde” daar willen we niets meer van weten. Het klinkt ons veel te zwaar. We zijn geen zondaars, zo vinden we. Wij maken hoogstens foutjes, onbedoelde vergissingen. En aan de andere kant; mensen zouden je voor gek verslijten, als je serieus zou zeggen dat je heilig wilt worden. We maken foutjes maar we zijn geen zondaars. We bedoelen het goed, maar we hoeven nou ook weer niet heilig te worden. En toch moet het voor de hand liggen; Als wij hier samenkomen om Christus te ontmoeten als wij in het deelnemen aan de heilige Eucharistie ons verenigen met Zijn heilige lichaam, dan is dat toch nergens anders om, dan dat we mèt Hem heilig willen worden? Niet in de zin van een heilig boontje; een boon is niet heilig. Nee, heilig in de zin van; heel-zijn, mens-zijn uit één stuk. Leven dat beantwoordt aan Gods bedoelingen met ons; Beeld en gelijkenis van Hem te zijn. Dat is heilig zijn.  

En hoe wordt je dan heilig? Naast de zaligsprekingen die we zojuist hoorden wijst de Kerk daar twee wegen voor aan die niet gescheiden mogen worden; De ene weg is de weg van actie…, betrokkenheid, concrete hulp aan elkaar. De andere weg is die van contemplatie…. beschouwing, inkering gebed en vroomheid. Ga je de ene weg; alleen die van de actie, dan dreig je uit te komen bij fanatisme en eigenwaan. Ga je alleen de andere weg, die van de vroomheid, dan zou je weleens wereldvreemd en zelfgenoegzaam kunnen worden. De èchte heiligen zitten in het midden; ze leven verbonden met God en zijn betrokken op mensen. Natuurlijk ieder naar eigen vermogen, rekening houdend met leeftijd en levensstaat. Maar iedere mens is uniek en alleen God kent de roeping van ieder van ons. Alleen jij zelf kunt beoordelen In hoeverre je beantwoordt aan die roeping en of je er misschien nog in kunt groeien.  

Laten we ons in elk geval blijven richten tot de Heilige bij uitstek; deel hebben aan Zijn heilig Lichaam. zodat we dóór Hem worden wie we zijn; door ons doopsel geheiligde kinderen van God. Amen.