Groter dan ons hart

Pieter Raaijmakers

20 Oktober 2025

Bidden? 29ste zondag dhjr. C 2025

Het is niet de enige keer in het Evangelie, dat Jezus de apostelen, en daarmee ons; aanspoort om te bidden en om het gebed nooit op te geven. En natuurlijk moeten we dat dan ook doen. Bidden en nooit ophouden met bidden. “Vraagt en u zal gegeven worden”; zegt Jezus in het Matheüs-Evanglie. Ook Jezus zelf bidt bij alle belangrijke momenten in Zijn leven. Op talloze plekken in de Bijbel zien we dat gebed krachtiger is dan alle andere menselijke ondernemingen. Zo ook vandaag in de eerste lezing. Zolang Mozes zich in gebedshouding tot God richt, is het leger aan de winnende hand, laat hij zijn armen zakken, dan gaat het de verkeerde kant uit. Maar niet alleen in de Bijbel, ook in onze eigen omgeving kunnen we talloze getuigenissen beluisteren van mensen die een persoonlijke gebedsverhoring hebben gehad.

Het is mooi als mensen zo’n duidelijke ervaring hebben. Maar ik moet u iets bekennen; Zelf heb ik nog nooit iets meegemaakt wat op een gebedsverhoring lijkt. Heb ik dan te weinig gebeden? Heb ik misschien verkeerd gebeden? “Vraagt en u zal gegeven worden;” zegt Jezus. Ik kan mij niet herinneren dat ik ooit op die manier gekregen heb waar ik voor gebeden had”.  Nee, dat ik kreeg waarvoor ik gebeden heb, dat is me nooit overkomen, maar wel heb ik altijd veel méér gekregen dan waar ik voor gebeden heb.

Het is best lastig om goed over gebed te spreken, want het is allemaal heel persoonlijk. Vroeger baden wij thuis “den Engel des Heren”. Dat ging zo snel dat we alleen wisten welke geluiden we erbij moesten maken, maar niet of nauwelijks wat er eigenlijk gezegd werd. En ook mijn moeder, die dan voorbad, moest helemaal opnieuw beginnen als ze even afgeleid was. Ik heb daar in mijn tienertijd natuurlijk kritische kanttekeningen bij gezet "Als je het zo doet, kun je net zo goed niet bidden!", maar achteraf besefte ik; “Er werd tenminste wel gebeden, voordat de maaltijd aangevallen werd”. Er werd wel even die link gelegd naar Hem, van wie we het allemaal gekregen hebben, wat er misschien ook op de vorm mocht zijn aan te merken. Of ik denk aan de buurman, die steevast, in een plechtige stilte, met zijn mes een kruis tekende over elk nieuw brood dat hij aansneed. Even die link met de Schepper.

Een ander voorval dat op mijn netvlies gebrand staat; Ik was net een paar maanden diaken en als zodanig bezocht ik een stervende vrouw. Haar man zat aan haar bed met een Mariabeeldje en een kaarsje te bidden en hij zei dat ik dat ook moest doen want dan zou zijn vrouw wel beter worden. Maar de mevrouw in kwestie had vergevorderde leverkanker en zag helemaal geel. Zij stond echt op de drempel van de dood. En natuurlijk, je mag altijd in een wonder geloven, maar als dat dan niet gebeurt, heb je dan niet goed gebeden? Je kunt het ook gebruiken als dooddoener; “Bidt er maar goed voor”. Het was eigenlijk heel zielig want man en vrouw zaten ieder in eenzaamheid te bidden voor beterschap die uitbleef. Het woord “afscheid”, mocht beslist niet gezegd worden. De man heeft gebeden voor wat hij waard was, maar daarna is hij zijn vrouw en God verloren.

Zal ik eens iets geks vertellen; Mijn persoonlijke, spontane gebed is vrijwel nooit iets anders dan een dankgebed. In de vaste gebeden natuurlijk wel, het Onze Vader, de psalmen, dat zijn gebeden waar je iets in vraagt, maar spontaan, eigen gebed, is bij mij vrijwel altijd een dankgebed. Zoals bijvoorbeeld aan tafel; “Goede God ik dank u voor deze dag, voor onze lieve kindjes en voor het eten dat op tafel staat.” Inmiddels zeg ik niet meer “onze lieve kindjes” want daar zijn ze ondertussen te groot voor.  Nog iets wat ik zelf achteraf ook heel vreemd gevonden heb; Toen ik jaren geleden een heftige leverziekte had, met doodsangsten en al, heb ik helemaal niet gebeden. Ik was zo beroerd, dat ik helemaal vergat om te bidden. Maar God heeft mij er doorheen getrokken en toen ik weer beter was, ben ik weer gaan bidden; uiteraard weer een dankgebed, duizend maal dank!. Nog een voorbeeld; tijdens ons huwelijk hebben wij nooit specifiek gebeden voor een gelukkig huwelijk, maar ondertussen weet ik heel zeker, dat wij nooit zo’n gelukkig en stabiel huwelijk gehad zou hebben, als wij samen niet waren blijven bidden.

Wat is dan bidden? Bidden is in levend contact staan met God. Dat is niet per se het opzeggen van Wees Gegroetjes en Onze Vaders, dat kan ook, maar bidden kan ook met eigen woorden; vragen, danken, of alleen maar verwijlen in contact met Hem die jouw Schepper is, schuilen in Zijn machtige armen, innerlijk rust vinden in Hem. Vertrouwvol leven, dat is bidden. Dan mag je vragen om goede dingen, maar je moet niet concluderen dat de Vader je vergeten is als je niet onmiddellijk je zin krijgt.

Nog iets waarom ik eigenlijk alleen maar dank; God kent toch mijn hart? Hij weet wat er in mij omgaat. Onze Vader weet eerder wat ik nodig heb dan dat ik dat zelf weet, dan hoef ik Hem dat toch niet meer te vragen? Ik weet het, het lijkt in tegenspraak met Jezus’ oproep en misschien doe ik het wel verkeerd, maar zo zit ik er in.

Nog een ding en dan ga ik dit warrig verhaal besluiten. Het is belangrijk om een vaste routine in te bouwen voor momenten van gebed. Met alleen spontaan gebed redt je het niet. Je moet kiezen voor een zekere routine, je moet jezelf ertoe dwingen om een  bepaalde regelmaat in te bouwen. Het getijdengebed is daarvoor een prachtig middel. Vaste tijden, vaste gebeden waarvan je weet dat de hele Kerk die met je meebidt. Maar als je daar niet aan toekomt; houdt in elk geval de zondagsmis in ere. Ik houd er niet van om te roepen dat het een zondagsplicht is, maar de intentie om de draad met God niet los te laten, vooral op die momenten dat je er helemaal geen zin in hebt, die kan je leven redden. Immers, als niets in je leven nog zeker is; Hij die Is, zal er Zijn. Maar dan moet jij Hem de kans geven. Amen.